Over drie weken krijg ik mijn diploma van de opleiding coachen in de transitionele ruimte. Daarin stonden een aantal begrippen centraal, zoals het wisselen van perspectief, je onderdompelen in de geschiedenis van herkomst, het verschil tussen een wij- en een ik-cultuur. Tijdens de opleiding hebben we veel gesproken over onze familieverhalen, wijsheden en rituelen en over eten. Wat zijn de traditionele gerechten die je weer helemaal terugbrengen, die bij je horen en waardoor je je gesterkt voelt? Daarom was van de leukste momenten van de opleiding toen we met elkaar gingen eten en iedereen een gerecht gemaakt had dat een bijzondere betekenis had voor hem of haar. Zo kwam een van mijn medestudenten met nasi met zuurkool en een mooi verhaal erbij. Behalve dat ik het enorm lekker vond is het voor mij een prachtige metafoor voor wie ik zelf ben. Aan de ene kant ben ik de kleindochter van een Friese grootmoeder en opgegroeid in Rotterdam en aan de andere kant zijn er al die verhalen, geuren en smaken van mijn Indische oma die vaak op ons kwam passen. Mijn ene overgrootvader verdween voor een aantal weken zodra de opera in de stad was en de vader van mijn vader vertrok naar Indië omdat zijn vrije geest het niet redde in het benauwde vooroorlogse Nederland. Mijn eerste gemeente als dominee, vers van de universiteit, was in de kop van Noord Holland, midden tussen de koolvelden, waarvan de oogst rechtstreeks naar de zuurkoolfabriek ging. Van mijn moeder mocht ik nooit zeggen dat ik Indisch bloed heb, oma was helemaal niet Indisch. Tijdens de oorlog had ze alleen maar de papieren zo vervalst om met haar kinderen buiten het jappenkamp te kunnen blijven. Ik ben van de tweede generatie na de migratie naar Nederland en merk dat ook mijn neven met hun Indische erfenis bezig zijn, het maakt deel uit van wie we zijn.
Bij de voorlaatste les deden we een geografische verplaatsingsoefening. We gingen met de groep naar buiten, het Vondelpark in. Op een leeg grasveldje bepaalden we eerst waar noord, zuid, west en oost liggen. Daarna ging iedereen staan op de plek waar je geboren bent met je ogen dicht. Dat was al een bijzondere ervaring, om zo contact te maken met je geboortegrond en terug te halen hoe deze plek was, wat je ruikt, wat je ziet, wie er aan je wieg stonden, en wie je heeft vastgehouden. Daarna was de vraag om je te verplaatsen naar de eerste plek waar je naartoe verhuisd bent. Voor mij was dat van Tilburg naar Rotterdam. De vragen die bij deze plek hoorden waren onder andere: Wie weet hoe jij je voelde bij deze verplaatsing? Bij wie kon je om hulp vragen? Wie of wat heeft je geholpen om je te hernemen? Wat heeft deze plek je gebracht en wat heb je verloren? Wat voel je nu in je lijf en waar voel je iets in je lichaam? Hoe sta je nu? Sta je stevig of wankel? En het wonderlijke was dat ik van een wiebelend kind veranderde in een stijve stok. Ik weet nog goed hoe scherp de overgang was van eindeloos spelen en op sleeptouw genomen worden door de oudere kinderen in de buurt, naar gepest worden om je zachte g. Zo hebben we nog wat verplaatsingen gedaan tot we op de plek stonden van nu, na de transitie van je vorige beroep naar dat van coach. Ik voelde me vrij om te bewegen en in evenwicht. Bij de nabespreking van de oefening benoemde iedereen voor zichzelf wat voor soort coach je bent. Ik ben een wiebelcoach was mijn ontdekking en het woord voelde vertrouwd en tegelijkertijd ook vreemd toen ik het uitsprak. Wat is een wiebelcoach eigenlijk?
Thuis in mijn werkkamer realiseerde ik me dat een Indische kerneigenschap speelsheid is. Het zoeken naar vrije ruimte voor creativiteit, waar je niet te veel last hebt van voorschriften en regels, hoewel dit ook als chaotisch kan overkomen. Toen viel het ‘wiebel coachen’ beter op zijn plek. Mijn speelsheid en het voelend weten van de coach mogen nu samen gaan met de bezieling en ordening door verhalen als dominee. Het is net als in een mobiel waarbij alle onderdelen elkaar in evenwicht houden en daardoor kunnen meebewegen op de luchtstroom. Als symbool voor mijn coaching heb ik niet voor niets gekozen voor een mobiel, een decoratief voorwerp dat door lucht of trilling wordt bewogen, die in balans is als alles op zijn plek hangt. Ik ben een bezielend coach en spelende dominee of wel nasi met zuurkool. Ik geloof in wijsheid door verhalen en bied mensen verhalend coachen aan.