Pasen

preekpasen1Johannes 6: 1-15

De bewegingen van het licht van Hans Andreus

Zusters en broeders,

De Heer is waarlijk opgestaan!
In Trouw stond woensdag met een grote kop een uitspraak van mijn collega-dominee uit Amsterdam, Henk Leegte: ‘Baby is leuker dan man aan het kruis’ ofwel aan Kerstmis hechten mensen meer religieuze waarde dan aan Pasen. Een geboorte spreekt voor zichzelf als een nieuw begin, maar dat Pasen het eigenlijke nieuwe begin is, is een stuk lastiger te duiden.
Het gaat met Pasen om meer dan een dode die weer levend geworden is zoals Lazarus, want die stierf uiteindelijk toch. Pasen is het feest van de Opstanding, een vorm van leven die door de dood heengaat, waar de dood geen grip op heeft. Het mooiste beeld daarvoor vinden we bij Paulus als hij vertelt over de graankorrel die in de aarde gestopt wordt en moet sterven om weer opnieuw te kunnen ontkiemen en tot volle wasdom te komen. Sterven om nieuw leven te krijgen is de Christelijke verbeelding van Pasen. Of we nu spreken over: het offer, of het Lam Gods dat de zonden van de wereld wegneemt òf over het Brood des levens. We blijven met beelden cirkelen om dat ene wonderlijke feit: de Heer is waarlijk opgestaan! Het kind dat met Kerst in de broodbak gelegd werd in het broodhuis Bethlehem is nu werkelijk het levende brood geworden! Jezus heeft zichzelf gedeeld als brood voor zijn leerlingen, opdat ze met Hem verbonden zouden blijven door de dood heen.

Vanmorgen wil ik U met behulp van de woorden ‘licht en brood’ vertellen over Pasen. Dat lijkt een wonderlijke combinatie, het eerste licht en het brood des levens, maar ja: bedenk dan dat zonder licht niets kan groeien en zonder voedsel is er geen leven mogelijk. Dus het eerste licht en het brood des levens horen bij elkaar. Zoals wij brood nodig hebben om te leven, zo symboliseert Jezus zichzelf als het broodnodige voedsel om eeuwig te leven. Hij is het leven en schenkt het eeuwige leven aan iedereen die in Hem gelooft. Vanmorgen vertelde Johannes hoe Jezus tot de Joden sprak over het brood des levens en zij vroegen zij Hem: ‘Heer, geef ons altijd dit brood’. Hoe letterlijk moeten we dit nemen? Jezus als ons brood? Johannes geeft ons echter een beeld, waardoor duidelijk wordt wie Jezus is.

Het wonder dat Jezus verrichtte zette hen inderdaad aan het denken. Ze herinnerden zich wat hun voorouders in de woestijn hadden meegemaakt, toen God hen het manna uit de hemel schonk. Zodra ze zich dit realiseren, gaan ze Jezus met Mozes vergelijken. En komt de belofte die God aan Mozes gegeven had, namelijk, dat er ooit een groot Profeet van God zou komen. Nu geloofden zij, dat Jezus de vervulling was van deze belofte van God en dat Hij de bedoelde Messias was.

Want wanneer de Messias komt, zal de woestijn gaan bloeien, breken de rotsen open, wordt de hele aarde vruchtbaar. De Messias zal alle hongerigen brood geven. De mensen die daar rondom Jezus zaten werden opeens helemaal enthousiast, ze kenden deze verhalen en dromen, die van vader op zoon en moeder op dochter waren doorverteld, Jesaja profeteerde over de Messias, David bezong zijn komst in zijn psalmen. Ook de schriftgeleerden wisten, op grond van deze teksten, dat wanneer de Messias komt, dit het teken zou zijn dat Hij inderdaad de Messias is, van God gezonden: Hij zou net als Mozes, manna uit de hemel geven.

Jezus zit daar in de heuvels met een enorme menigte om zich heen, die hongerig geworden is van luisteren naar zijn verhalen. Niemand heeft iets te eten bij zich. Behalve de kleine jongen, die aan komt lopen met 5 broden en 2 vissen. Jezus neemt het brood aan en dankt God, breekt en deelt het brood. Bij het latere Paasmaal met zijn leerlingen doet Hij hetzelfde als teken van zijn overgave aan Gods wil. Hij zal sterven en opstaan. Bij de het delen van de vijf broden onder de menigte blijft er brood over, wat niet genegeerd mag worden. Dit brood kan bederven als je het niet zorgvuldig bewaard. Als je met je geloof niet zorgvuldig omgaat en jezelf niet voldoende voedt, kan je geloof bederven en verspil je het levensbrood. De mensenmassa op de heuvels zou wel willen leven bij dit brood alleen, buiten Gods woord om. Terwijl Jezus hen niet alleen het brood aanreikt maar ook geloof, hij vraagt van de mensen om niet alleen hun honger te stillen maar ook ruimte te maken voor God. Met een lege maag is het lastig geloven!

Dat was daar in het gras van de heuvels rondom het meer van Tiberias. Nu zitten wij hier bij elkaar in deze prachtig versierde kerkzaal, vol beelden van ons verleden en dromen van onze toekomst. Hoe past binnen deze tentoongestelde gemeente de opstanding? Waarom vieren wij Pasen met elkaar? Omdat we dat al eeuwen zo gewend zijn in Aalsmeer? Pasen is geen makkelijk feest om te vieren want het kan niet zonder Goede vrijdag. Het ‘heden hosanna, morgen kruisigt hem’ moet eerst klinken voor we kunnen zeggen dat de Heer waarlijk is opgestaan. Net als het graan moet sterven in de aarde, ontkiemen en tot groei komen.

We hebben dit jaar het paasfeest voorbereid door stil te staan bij verschillende ontmoetingen met Jezus, die elke keer een ander aspect van Hem lieten zien. Alsof we door een caleidoscoop keken: er was steeds weer een ander beeld van Jezus. Het eerste was het beeld van de verzoeking in de woestijn. Daar krijgt Jezus de keuze krijgt om een koning te worden zoals de mensen dat graag willen. Jezus gaat daar tegenin door op een ezeltje Jeruzalem binnen te gaan, hij toont zich een anti-koning. Onze blik viel op Jezus als Zoon van God, verheerlijkt op de berg. Als het levende water bij de bron. Maar de Samaritaanse vrouw begreep hem niet goed en dacht dat zij nu nooit meer dorst zou hebben. We zagen hoe Jezus een wonder deed, Hij genas een blindgeborene, en daarna deed hij een nog groter wonder toen hij Lazarus opwekte uit zijn graf. Steeds zijn er mensen om Hem heen die meer zien dan er te zien is en zij gaan in Hem geloven en volgen Hem. Toch is er ook een grote groep die er niets van snapt, die wil alleen maar sensatie: water wordt wijn, lammen gaan lopen, blinden kunnen zien, brood en water dat nooit opraakt.

Al die bewegingen van Jezus, al die ontmoetingen, gebaren en daden en woorden bij elkaar vormen een geheel. Vergelijk het met een prisma, dat is zo geslepen dat het licht er steeds op een andere manier doorheen valt en een ander perspectief geeft.
Ik herkende in het gedicht van Hans Andreus dat ik u voorgelezen heb, het Paasverhaal. Het gedicht heet ‘De bewegingen van het licht’ en dat vind ik een hele mooie vertaling voor het woord opstanding. Ziet u het voor zich, hoe het zonlicht door het raam valt en banen trekt over de grond, soms vallen die banen samen, dan worden de banen weer gespleten en valt de schaduw op de plek waar het net licht was.

Wanneer het licht een moment op jou valt, word je een beetje opgetild. De dichter zegt dat het je manier van lopen verandert, het licht vertraagd en versoepeld tegelijkertijd. Dan wordt het prisma door de wind bewogen en valt het licht op een ander. Daardoor verandert onze blik, en lijkt het alsof we onze omgeving voor het eerst zien. Een ademloze aanblik. Pasen is voor mij de bewegingen van het licht van Jezus, Hij deelt licht uit als brood. Hij is de Messias.
Pasen is licht dat nieuw perspectief biedt. God laat zijn licht op ons vallen. Pasen leert ons de verbinding tussen licht en brood te ervaren. De graankorrel sterft in de aarde, ontkiemt en komt tot nieuw leven. De volle aren worden geoogst. Hoe maken we daar weer brood van dat we niet verspillen? Zo is het ook met dat brood voor die vijfduizend. De mensen hadden gegeten en nog was het niet op. De brokken die over waren, werden zorgvuldig verzameld en bewaard. Laten wij proberen om net zo zorgvuldig om te gaan met elkaar, met onze bewegingen en ontmoetingen.

Ik wens ons allen een verlicht Pasen. Amen

Gedicht: Beweging van het licht, Hans Andreus

Ik kijk
naar het licht
en de bewegingen van het licht:
Bladergeblikker buiten,
de elektronische flitser
van ergens tussen het gras
een stukje glas of steen,

de kalm verschuivende vlakken
van het licht over de vloer
en tegen de muren en hoe het

elk ding een beetje optilt
en je manier van lopen
tegelijkertijd nog iets
versoepelt en vertraagt, –

Ik kijk
naar het licht
en de bewegingen van het licht
(en dit was dan nog maar een kleine keuze)

alsof ik ze voor het eerst zie, een ademloze aanblik.